Warmte gaat altijd naar boven. Zij ontsnapt bijna ongehinderd, als plafonds onder niet of slechts zelden verwarmde ruimtes of direct onder platte daken liggen en niet voldoende geïsoleerd zijn. Met name in het bestaande gebouwenbestand zijn plafonds meestal niet of slechts in onvoldoende mate geïsoleerd. Dit geldt zowel voor het plafond van de bovenste etage als voor het plafond van de kelder. Waardevolle stookenergie stroomt aldus bijna ongehinderd naar de onverwarmde ruimtes en zorgt zo voor hoge stookkosten. Met een cellulose-isolatie blijft de warmte daar waar ze hoort.

De vloerisolatie wordt uitsluitend als niet drukbelastbare vloerisolatie gebruikt en daarbij alleen in het horizontale vlak - zoals bijvoorbeeld in het plafond van de bovenste etage of in de vloer tussen een getrapte constructie - gebruikt.

Is de getrapte constructie vrij toegankelijk, dan wordt het cellulose-isolatiemateriaal machinaal verwerkt en open in de holle ruimte geblazen.  Voor deze isolatiemethode is de THERMOFLOC-stortvloer aan te bevelen.

Is de getrapte constructie niet vrij toegankelijk, dan wordt het cellulose-isolatiemateriaal door middel van een inblaasmachine in de holle ruimte ingebracht. Hiervoor is het THERMOFLOC-inblaasisolatiemateriaal geschikt.

Op grond van zijn hoedanigheid is het cellulose-isolatiemateriaal naast de warmte-isolatie ook ideaal om geluid te absorberen en te regelen en het levert zodoende een belangrijke bijdrage aan meer rust en beschermt uw gezondheid. Al naargelang het toepassingsgebied zorgt ons cellulose-isolatiemateriaal ervoor, dat het lawaai van buiten niet in het gebouw kan binnendringen, de geluidsoverdracht tussen de ruimtes gedempt wordt  en de nagalmtijd in de ruimtes zo kort mogelijk blijft. En dit alles zowel bij verplaatsing van geluid door de lucht, die bijvoorbeeld door harde muziek veroorzaakt wordt, als ook bij loopgeluiden.

Isolatie van het plafond van de bovenste etage

Mocht de dakruimte van een gebouw niet tot een woonruimte kunnen worden uitgebouwd, maar aan verwarmde ruimtes grenzen, dan schrijft de energiebespaarverordening (EnEV) de isolatie van het plafond van de bovenste etage voor. Mocht de dakruimte niet gebruikt worden, dan kan de isolatie van het plafond van de bovenste etage zeer eenvoudig achterwege blijven, omdat zij niet met een dragende deklaag wordt voorzien. Dat is zonder twijfel gunstig qua kosten, maar dit soort dakruimtes zijn niet begaanbaar en dientengevolge ook niet als bergruimte te gebruiken. Bij de constructie moet er alleen op gelet worden, dat er een loopplank ingebouwd wordt, opdat de heer des huizes of de schoorsteenveger indien nodig tot aan het dakuitgangsluik kan komen. Mocht het plafond van de bovenste etage met een cellulose-isolatie worden voorzien, dan moet er bij zwaar geventileerde daken op gelet worden, dat de bovenste laag van de isolatie met water besproeid en verhard wordt.